• De Nederlandse website
  • The English website
  • Deutsch Sprache
  • Langue française

Blog: 16 juni

Het lijkt een echte luizenzomer te worden. Vorige week ontdekte ik op de lupine een paar uitgebloeide stengels met peulen vol groene bladluizen. Dan weet je dat je snel moet ingrijpen, wil je de rest nog redden. Maar ja, tussen weten en doen zit een groot verschil. Een paar dagen later kom ik tot de ontdekking dat het hele lupineveldje één kleverige luizenmassa is geworden. De luizen zelf kleven niet, maar wél de vloeistof die ze uitscheiden. Die vloeistof noem je honingdauw. Dit suikergoedje dient als voedsel voor de mieren. Die zijn er zelfs zo gek op dat ze het achterlijf van de luis masseren om zoveel mogelijk suikerstroop te voorschijn te laten komen. Luizen hebben maar één echt belangrijke natuurlijke vijand, het lieveheersbeestje, maar daar zijn er op dit moment nog niet zoveel van. Dat loopt er altijd iets achteraan in de tuin. Bovendien beschermen de mieren uit eigenbelang de luizen. En dus breidt de luizenkolonie zich dapper uit. Daar hoeven ze niet veel moeite voor te doen, want ze planten zich 's zomers ongeslachtelijk en ook nog eens razendsnel voort. Zo'n 15-20 generaties per jaar is heel normaal. Wat te doen? Ik kan wachten op een flinke regenbui, maar dat kan nog even duren. Spuiten of begieten kan ook met azijn, spiritus of een ander niet al te schadelijk middel? Ik besluit rigoreus in te grijpen. Alle lupineplanten tot een paar centimeter boven de grond afknippen en meteen afvoeren lijkt mij de beste oplossing. Ik ben de luizen kwijt en de planten lopen straks wel weer uit. Met een beetje geluk kan ik in augustus nog genieten van een tweede bloei. Met luizen in de tuin heb je niet bepaald een luizenleven. Info: http://www.moestuintips.nl/

Betsy

Geplaatst op 16-06-2015